Haarlem Amsterdam
DOMWEG onGELUKKIG

DOMWEG onGELUKKIG

Haarlem
do 31 oktober 2024 t/m ma 31 maart

In DOMWEGonGELUKKIG onderzocht kunstenaar Soek Zwamborn hoe we omgaan met het ‘anders-zijn’ en de grenzen tussen binnen- en buitenwereld. Deze installatie, die te zien was in Museum van de Geest | Haarlem, was een plek waar conceptie, leven en dood samenkomen in stof en borduursels

De installatie voelde als een kapel en was een ruimte waar je als bezoeker tot jezelf kon komen en om hulp kon vragen. Centraal hing een kort jasje met extra lange mouwen – een verwijzing naar de dwangbuis van vroeger. Op de jas zag je de sporen die het leven had achtergelaten. Ook de geborduurde voering rondom de jas toonde lijnen en tekst, dit keer herkenbaar en leesbaar.

De hand geborduurde tekening illustreerde Zwamborn’s gedachten: de binnenwereld van een mens past vaak maar moeilijk in het keurslijf van hoe de buitenwereld hen ziet. De voering was geïnspireerd op de gestichtsjas uit het Museum van de Geest, met borduursels van, volgens Zwamborn, troostende dieren. De dieren doen Zwamborn denken aan de handschaduwfiguren die zijn vader maakte – zijn handen die zacht leken, maar ook hard konden zijn.

De op vitrage geborduurde tekening, ‘Samengevat leven’, bestond uit drie kwetsbare lagen. Het materiaal hield de blik buiten, maar buiten komt wel binnen. Bezoekers zagen verwijderde teksten, losse handjes en lichamen omringd door dunne lijnen. Het was een spel van binnen en buiten: isoleer hen, ken hen niet. Dit verwees o.a. naar het Dolhuys, ooit een plek buiten de stadsmuren waar melaatsen en geesteszieken werden geïsoleerd. Bezoekers konden de spanning tussen isolatie en de wens om gezien en gekoesterd te worden voelen.

Het Museum van de Geest is een museum vol persoonlijke verhalen, ook het persoonlijke verhaal van Zwamborn weeft op meerdere manieren door zijn werk. Bij de tekst verwees hij naar de DSM I, waarin hij, als homoseksueel, ooit als “besmettelijk geestesziek” werd bestempeld, totdat dit in 1974 officieel werd geschrapt. Hij stelt de vraag: “En nu? Je mag het zijn, zolang ik het maar niet zie.”

Zwamborn’s werk was een indrukwekkende reflectie op hoe we als samenleving omgaan met afwijking en normaliteit, met diep persoonlijke noten die resoneren in elk detail. Voor het maken van deze installatie liet hij zich inspireren door de collectie in het depot van Museum van de Geest.