Onconventionele collectie
De tentoonstelling liet zien dat Dubuffet de kunstwerken op een andere manier bekijkt dan zijn grote voorbeeld Prinzhorn. Prinzhorn beschouwt kunst als wetenschapper, terwijl Dubuffet als kunstenaar en verzamelaar naar de onconventionele collectie kijkt. Voor de Franse schilder staat veel op het spel: ‘kunst van gekken’ en zijn Art Brut mogen niet met elkaar worden verward. Dubuffet: “Er is toch ook geen kunst van mensen die een maagziekte of pijn aan hun knie hebben.”
Het werk van August Natterer, één van de pronkstukken van de Prinzhorn Collectie, beoordeelt hij als ‘niet veel bijzonders’. Daarentegen is Dubuffet wel erg onder de indruk van één van de andere meesters, August Klett: “zeer interessante en imposante collectie met prachtige kunst.”
Hans Prinzhorn
Hans Prinzhorn (1886-1933) was een Duitse arts en kunsthistoricus die werk van patiënten uit psychiatrische instellingen analyseerde en bijeenbracht. Prinzhorn brak met de gewoonte om tekeningen en maaksels van patiënten slechts te gebruiken als materiaal voor het stellen van diagnoses voor psychiatrische ziekten.
Prinzhorn publiceerde in 1922 een vernieuwend boek, met werken van patiënten, onder de titel Bildnerei der Geisteskranken. Dit boek werd een groot succes in kunstenaarskringen en beïnvloedde de surrealisten zoals Dalí, Breton, Picasso en Max Ernst. Zijn collectie is bewaard gebleven en ontsloten voor publiek in museum de Prinzhorn collectie in Heidelberg in Duitsland.
Jean Dubuffet
Jean Dubuffet (1901-1985) was een Franse kunstenaar. Hij had een grote fascinatie voor tekeningen van kinderen, geestelijk minder begaafden en gedetineerden. Deze fascinatie leidde tot de oprichting van de La Compagnie de l’Art Brut. Dubuffet omschreef Art Brut als volgt: “ongesuikerde kunst, niet mooi gemaakt, bijna puur, authentiek en van de hoogste kwaliteit, ontstaan in volstrekt isolement en niet beïnvloed door de buitenwereld.”