Kunstenaar Jantien de Bruin: “Sister Love houdt mijn zus levend”
30 augustus 2023
Met haar tentoonstelling Sister Love in Museum van de Geest | Haarlem houdt kunstenares Jantien de Bruin de herinnering aan haar door zelfdoding overleden zus levend. Ze hoopt dat haar werk andere nabestaanden troost kan bieden, ook tijdens World Suicide Prevention Day op 10 september en de Wereld Suïcide Preventie Week die daaraan voorafgaat. Jantien: “Ik vind het fijn om mijn werk te delen in het museum, er wordt te weinig over zelfdoding gepraat”.
Jantien: “Een paar weken geleden was ik weer even bij de tentoonstelling, en toen schrok ik weer een beetje. Het verdriet kwam op me af, maar dat is oké”, vertelt kunstenaar Jantien de Bruin (1971). Ruim twee jaar geleden openbaarde ze haar meest intieme project aan de buitenwereld, maar gewend daaraan is ze nog steeds niet helemaal.
Haar tentoonstelling Sister Love en het bijbehorende zachtroze fotoboek is een ode aan haar zus Maud, die in 2015 op 45-jarige leeftijd overleed door zelfdoding. Als eerste reactie op haar grote verdriet begon Jantien oude foto’s van haar zus te verzamelen, en ook nieuwe beelden te schieten op oude locaties. “De herinnering aan Maud is nu zo stevig dat deze me niet ontglipt. Ik heb alles onderzocht en doorvoeld,” vertelt ze.
Centraal in de herinnering aan haar zus staat een chalet in de Zwitserse natuur. Jantien: “Ik was 6 of 7, mijn zus was twee jaar ouder, we verhuisden met ons gezin naar een huis in de Zwitserse bergen. We zijn heel vaak verhuisd vroeger, na vijf jaar verlieten we Zwitserland weer en werd het chalet ons vakantiehuisje”.
Na het overlijden ging Jantien vaak terug naar Zwitserland. “Ik wilde terug naar de plek waar we zorgeloos hadden geleefd, waar we een mooie gedeelde plek hadden. Het voelde daar altijd als vakantie. En de periode voorafgaand aan haar dood was geen mooie tijd om aan terug te denken, ik wilde even af van die zwaarte. Ik wilde denken aan wie mijn zus was geweest en aan hoe onze band was”.
Wie was haar zus geweest? Toch wel echt haar tegenpool, vindt Jantien. “We waren heel erg verschillend. Maud wilde altijd in de buurt van Arnhem blijven wonen, ik heb op veel verschillende plekken gewoond. Ze werd secretaresse, ik kunstenaar. Zij wilde jong kinderen, die kreeg ze ook. Ze was in veel opzichten wat klassieker dan ik”.
Ondanks dat de zussen totaal andere levenspaden bewandelden, werd hun intieme band nooit verbroken. Die band werd ook al vroeg geschept. “Vroeger werden we door onze moeder vaak hetzelfde gekleed. Ik kreeg de kleren in het blauw, mijn zus in het roze. Dit geeft mij het gevoel dat we inwisselbaar voor elkaar waren”.
Die wisselwerking tussen roze en blauw bleef op een bijzondere manier terugkomen in het latere leven van haar zus, ziet Jantien nu. “De laatste paar jaar droeg ze lange nachthemden. Soms een roze, soms een blauwe versie. Achteraf denk ik dat ze metaforisch waren voor haar verschillende gemoedstoestanden”.
Na haar dood koos Jantien een tas, een kettinkje en een portemonnee van haar zus uit. Deze gebruikt ze nu nog. Wat ze nog meer bewaarde was één van haar zus’ haarborstels. Jantien: “Al vrij snel na haar dood moest ik haar badkamer leeghalen, ze bewaarde veel haarclipjes en borstels. Dit was de borstel die ze het meest gebruikte, ik vond het zo raar om die meteen weg te doen. Maar na een tijd dacht ik: ik moet er nu toch vanaf, dus ik moet er iets mee doen”.
Op één van de video’s in de tentoonstelling is te zien hoe Jantien zorgvuldig de achtergebleven haren van haar zus uit de borstel plukt. Daarna heeft ze de haren verbrand, ‘als een soort ritueel’. In de vitrine naast de video ligt de borstel, nog steeds met enkele haren erin, vredig opgeborgen.
Met alle foto’s, video’s en objecten in Sister Love legt Jantien de herinnering aan haar zus vast, maar daarmee neemt het gemis niet vanzelfsprekend af. “Het blijft nog steeds aan me knagen, de vraag of het niet anders had gekund,” zegt ze.
“Ik vond het fijn om mijn werk te delen in het museum. Er wordt nog steeds te weinig over zelfdoding gesproken, je moet als nabestaande zelf maar zien hoe je zo’n verlies verwerkt. En zelfdoding wordt vaak nog gezien als een egoïstische daad. Dat is het calvinistische in Nederland: we zijn ergens heel open, maar ook weer helemaal niet. Je mag het eigenlijk niet zo snel laten zien als het niet goed met je gaat”.
World Suicide Prevention Day op 10 september is een belangrijke dag, vindt ook Jantien. “Het is mooi dat er aandacht voor is. Ik kijk zelf mee vanaf de zijlijn, zal niet zo snel een intieme foto online plaatsen”.
Wel blijft ze, ter ere van haar zus, nieuwe foto’s maken in Zwitserland. En de tentoonstelling bezoekt ze ook nog regelmatig, zo lang het kan. “Het houdt haar levend”.
Meer over het werk van Jantien de Bruin is te lezen op haar website of luister de podcastaflevering met Jantien bij Tijd voor de geest terug.
Tekst door: Valerie Vocking