Väinö Oja werkte jarenlang als grafdelver tot hij een baan vond als machinist van grote grondverzetmachines. Nu hij gepensioneerd is, woont hij in een kleine blokhut midden in het bos, omringd door zijn sculpturen, die vrouwen, dieren en vogels voorstellen.
Oja begon in 1998 houtsculpturen te maken. Voor zijn eerste houtsnijwerk, een beer, gebruikte hij de stam van een spar. Met zijn kettingzaag schept hij de ruwe vorm, die hij vervolgens detailleert met een bijl en een handbeitel. Tot slot maakt hij het oppervlak glad met schuurpapier.