Toen Damien in La Devinière kwam wonen, had hij al achttien jaar opgenomen gezeten in een isoleercel. Er waren zes begeleiders nodig om de jongen eten te geven. Vanwege de onhoudbare situatie besloten zijn begeleiders een aanvraag naar La Devinière te sturen. Directeur Michel Hock ging op bezoek bij de jongen en mocht de cel betreden met acht verplegers. In overleg met de verpleger besloot Michel Hock Damien mee te nemen naar de tuin van de instelling, waar hij diens voorliefde voor dieren ontdekte. Hock vertelde dat er op de boerderij verschillende dieren wonen en als reactie begon Damien enthousiast te balken als een ezel.